donderdag 16 juni 2016

St. Vincent, Blue Lagoon(Caraïben)

Woensdag, 15 juni '16

St. Vincent en de Grenadines horen samen en is een onafhankelijk land dat deel uitmaakt van het Britse Gemenebest en een monarchie is met Koningin Elizabeth II als staatshoofd, net zoals de andere Caraïbische eilanden: St. Lucia, Antigua & Barbuda, Belize, Saint Kitts, Nevis, Grenada, Barbados, Jamaica, de Bahama's. Nou, nou, die dame heeft het niet slecht voor en dan hebben we nog niet de andere landen vermeld, want het zijn er zestien in totaal! Daarom dat ze haar kroon niet wil doorgeven aan haar zoon. Op de EC$-biljetten en -munten prijkt dan ook haar afbeelding.
De Grenadines bestaan uit een aantal kleine eilanden, waarvan er een deel bij St. Vincent horen en een deel ervan bij Grenada. Bequia, Mustique, Mayreau, Canouan, the Tobago Cays, Union Island, Palm Island en Petit St. Vincent zijn de bekendste die bij St. Vincent horen.
Met een kaart in de hand en een stevige klim wandelen we naar de volgende baai, waar we een mooi zicht hebben op de baai en op het privé-eiland Young Island, waarop een resort staat.
Daar stappen we op één van de lokale taxibusjes naar de hoofdstad Kingstown, 2EC$/p.p.p.r. De chauffeur denkt dat hij Shumacher is en scheurt door de bochten. Tijdens de rit krijgen we een mooi zicht op de Grenadines, met het grootste eiland Bequia dat eruit springt.
Aan de markt eindigt de rit. Overal staan marktkramen langs de straat, op een plein en in een overdekte markthal met groenten, fruit en specerijen.
In de straten zijn verscheidene kleding- en schoenwinkels en staan er ook vele marktkraampjes met voornamelijk onderbroeken, boxers en slips. Aan enkele winkels zitten mensen met een megafoon reclame te maken voor de waar die ze aanbieden of galt het door luidsprekers. Nieuwe 'Chinese' autobanden en ook fietsbanden staan voor een winkel uitgestald. Maar wie fietst hier? Er zijn in de verste verte geen fietsers te bekennen...
De oude kathedraal St. Mary's staat tegenover een nieuwe en doet ook dienst als school en op het moment heeft er een dienst plaats.
We zijn op zoek naar een chandlery voor bootbenodigdheden, er zijn veel doe-het-zelf-zaken, maar vinden daar niet het nodige.
Pas als we langs een groot parkeerterrein lopen en door enkele mannen/jongens worden aangesproken met een naamplaats, krijgen we door dat het busorganisators zijn, die passagiers ronselen en het geld ontvangen voor de chauffeur. Dit was op de andere eilanden niet, daar deed de chauffeur alles zelf. En zo komen we enkele uren later in het juiste busje terecht en wachten we aan de foodtrucks en -standjes tot de begeleider het busje vol heeft...propvol zeg maar! Grappig, we zitten als 'haringen in een ton' ;-) Ondertussen worden we getrakteerd op de luide beats van de typisch Caraïbische muziek, die we vanop de Carnavals kennen. Ook hier wordt er volop naar dit evenement, dat volgende maand plaats heeft, toe geleefd. Als we later aan boord de plaatselijke radiozender opzetten, moeten we ook hartelijk lachen om de toepasselijke naam: 'Radio Carnaval!'
Het leven hier is toch anders dan bij ons. Alles wordt voorzien van wielen, zodat ze hun koopwaar overal naar toe kunnen rijden en zo zien we raar in elkaar getimmerde kruiwagens, gigantische koelboxen op wielen, rijdende marktkramen, enz... Iedereen verkoopt ook wél iets, maar het lijkt moderner en georganiseerder dan in St. Lucia.
Wat we reeds gezien hebben van het eiland, vanop het water en op het land, bevalt ons. Het is ook een vulkanisch eiland met vulkanen en -kraters, regenwoud, rivieren, tropische bloemen en bomen en vogels, wandelroutes, zwarte en lichte zandstranden, enz...