vrijdag 20 juli 2018

Cookeilanden: Penrhyn, Omoka - Suwarrow


Vrijdag, 13 juli ‘18  (UTC -10u = -12u tijdsverschil met BE(=UTC +2u)!)

Totaal trip:
Resultaten na 68u30’:
Afgelegde afstand: 400NM
Gemiddelde snelheid: 5,83 kn
Gemiddelde knopen wind: 15kn

Dag1: vrijdag, 13 juli ’18_13u30 - zaterdag, 14 juli ‘18_13u35
Resultaten na 24u:
Afgelegde afstand: 158NM op Log, 158NM over de grond
Gemiddelde snelheid: 6,58kn
Gemiddelde knopen wind: 15kn
Afstand tot bestemming: 237NM

Eén voor één gaan we anker op, met de angst dat het koraal of het eiland hierbij ons niet loslaat, maar alle drie halen we zonder problemen de meters ankerketting in en varen langs de koraalvlaktes en de vlaggenstok-bebakening richting de ‘Taruia’ pas. Met drie en een halve knoop stroom mee, verlaten we het atol en de pas.
Vanop het passagiersschip ‘Nivaga III’ zwaaien & roepen de mensen ons toe. Ook voor hen ligt er een tocht van minstens drie dagen & nachten, zij gaan richting het zuiden naar ‘Rarotonga’, wij varen zuidwest naar ‘Suwarrow’.
Onze bestemming ligt op 400NM van Penrhyn. De zeilen staan en de lunch wordt geserveerd. The Captain wil nog even de zeilen wat bijtrimmen en plaatst zijn kom met tortilla-croques op de kuiptafel. Onze dame schommelt van links naar rechts en een golf zet haar even meer opzij... het kommetje wordt van de tafel gelanceerd en vliegt door de kuip, waar de croques verspreid belanden en alles vol hangt met de dipsausen mayonaise & ketchup! Wat een smeerboel!
‘Zullen we terugdraaien?!’, zegt the Captain. Het is duidelijk een vrijdag de 13de. Ooit heb ik gelezen dat je nooit op een vrijdag mag vertrekken. Nou en dan vertrekken wij nog wél vandaag op die geluksdag, vrijdag de 13de!
Ach het geluk zal wel keren... en ja hoor, daar gaat de vislijn er als een speer vandoor! Snel het voorzeil inrollen, de lijn blijft gaan, dat moet een enorme vis zijn! Ze blijft afrollen en dan... niks meer... zijn we hem kwijt? Is de lijn gebroken? Is de visaas eraf? De lijn wordt ingedraaid, er is geen spanning meer of iets te voelen van gewicht of weerstand. Alles hangt er nog aan, behalve onze vangst... die zal nu jammergenoeg wat moeilijker praten en met een hazenlip rondzwemmen! Enkele uren later hebben we beet aan de twee lijnen, twee kleine skipjack tonijntjes, we schenken ze hun leven in zee weer... zo kunnen ze nog wat groeien.
De avond valt en we hebben mooie rustige nacht, zonder de ‘nieuwe’ maan, maar met een hemel gevuld met duizende sterren en de navigatielichtjes van onze vrienden die als dwaallichtjes voor en achter ons bewegen.
Selfie & George 2.0 vormen een goed team en besturen samen onze dame.
Wanneer de zon opkomt, is er veel bewolking. De batterijen staan wat laag, waarvoor we de motor laten draaien om ze bij te laden.
Iets over de middag hebben we beet aan de vishengel. De blauw, geel & groene kleuren vallen reeds van ver op en in minder dan een half uurtje ligt er een Mahi Mahi aan de haak geslagen in de kuip, met een borrel vodka in zijn graat blaast hij zijn laatste adem uit onder een handdoek. Onze vrienden willen ook een vis en hun hengels hangen werkloos over boord.
Wij mogen onze eerste dag afklokken met een vriezer vol verse vis. Yeah! Zou Neptunus ons beloond hebben voor het schenken van een tweede leven aan de kleien skipjack tonijntjes?!

Dag 2: zaterdag, 14 juli ‘18_13u30 - zondag, 15 juli ‘18_13u30
Resultaten na 24u:
Afgelegde afstand: 130NM op Log, 134NM over de grond
Gemiddelde snelheid: 5,58kn
Gemiddelde knopen wind: 16kn
Afstand tot bestemming: 103NM

We tellen de reeds afgelegde mijlen en de nog resterende mijlen. Er staat meer wind dan voorspeld en we gaan te snel. We moeten afremmen om niet tijdens de avond of nacht aan te komen. Met zijn drie houden we onze snelheid in de gaten en hebben de zeilen gereefd. Hierdoor blijven we allen wat dichter bij elkaar, sneller varen heeft geen zin. George 2.0 wordt uitgeschakeld om energie te sparen en Selfie neemt de teugels alleen in handen.
Wanneer de  zon ondergaat, komt het sikkeltje maan meteen op, maar lang blijft ze niet, maar de vele sterren houden ons gezelschap.
The Captain ziet tijdens zijn wacht een grote rode bol achter hem verschijnen. Wat is dat? De maan dat kan niet en voor de zon is het te vroeg. Volgens een app op de smartphone ontdekt hij dat het ‘Mars’ is. Ook de navigatielichtjes van onze vrienden blijven in het zicht en we beleven weer een rustige nacht, waarin noch de zeilen, noch de teugels van Selfie gewijzigd of bijgestuurd moeten worden. Heerlijk zo en we slapen lekker.
De volgende ochtend spendeer ik enkele uren in de kombuis. Resultaat: twee verjaardagstaarten (appeltaart met taartbodem en ruitjespatroon met rozijnen in rum geweld (boerenjongens!)) een kleine & een grote, kleine voor ons twee vandaag, grote voor allen morgen.
12u01 = reeds 00u01 in BE = 16 juli ’18, the Captain is officieel jarig en het Feest kan beginnen, hier midden in de Stille Zuidzee.

Dag3: zondag, 15 juli ‘18_13u30 - maandag, 16 juli ‘18_10u00
Resultaten na 20u30’:
Afgelegde afstand: 103NM op Log
Gemiddelde snelheid: 5kn
Gemiddelde knopen wind: 15kn

Nog steeds gaan we te snel en hebben nog een nacht voor de boeg. Het grootzeil wordt ingerold en het gereefd voorzeil uitgeboomd.
Acapella & Bella Ciao hebben hun vislijnen weer uithangen. We doen mee, een vers visje bij aankomst smaakt altijd.
Onze dame schommelt van links naar rechts, we lijken wél in een attractie te zitten/staan... vasthouden is de boodschap!
Feestmenu voor the Captains B-Day:
Lunch: Lekkere Thaise soep met Mahi Mahi
Apo: Kippenworst speciale met een rum-cola (voor the Captain)
Diner: gebakken rijst met Chinese citroenkip
Dessert: zelfgebakken appeltaart met slagroom!
De zon gaat onder en ondertussen speuren we de hemel af op zoek naar een ISS ruimtestation dat ons zou passseren. Het sikkeltje maan zien we en hevig fel lichtje ernaast, maar het is ‘Venus’ en niet het ISS.
De nachtwacht verloopt weer rustig en staat vooral in het teken van snelheid in de gaten houden en afremmen indien nodig.
We willen niet te vroeg toekomen, omdat we gebruik willen maken van het zonlicht om de pas binnen te varen en alle bommies goed kunnen zien.
Met z’n drie achter elkaar, Bella Ciao voorop, varen we om 10u de pas door. SY Jonas ligt er reeds en via de VHF worden er nog enkele tips gegeven. Er zouden twee wit geschilderde houten stokken staan, de eerste aan bakboord, de tweede aan stuurboord. We moeten goed kijken & zoeken, alvorens we ze zien. Met bijna drie knopen stroming tegen en raffelend kabbelend water gaan we de pas door.
Tussen de reeds drie geankerde boten, zoeken we een ankerplekje bij de motu ‘Anchorage Island’, de ankerketting rolt af en de visboeien gaan als ankerkettingdrijvers eraan.




Cookeilanden: Penrhyn, ‘Omoka’ & ‘Te Tautua’ deel 2


Zaterdag, 7 - vrijdag, 13 juli ‘18  (UTC -10u = -12u tijdsverschil met BE(=UTC +2u)!)

Met Bella Ciao voorop, varen we met zijn drie achter elkaar de lagoon door. De koraalvlaktes zijn goed zichtbaar met de zon, het gunstige weer en de extra merkpunten, alias vlaggenstokken.
Het water kleurt weer alle tinten blauw! In de verte zien we motu ‘Pokerere’ liggen en in 4m diepte ligt even later ons anker op een zandbodem met kristalhelder rustig water voor het dorp ‘Te Tautua’. Wat een verschil... bijna geen rimpeltje zien we op het water. Wat een slechts lager dan 5m hoge motu kan doen om ons beschutting te geven voor de wind & windgolven... heerlijk! De zwartepuntrifhaaitjes zijn ook helemaal blij en zwemmen om onze dames heen. Meteen worden we verwelkomt door de dominee Marsters en zijn vader Saitu, neef Wallard en nichtje. Ze brengen alle drie de boten een bezoekje, drinken een sapje en eten koekjes. Ze nodigen ons uit om de volgende ochtend bij Saitu de voetbalmatch (België-Frankrijk) te zien en zondag na de kerkdienst voor de lunch bij zijn vrouw, Hakono, thuis. Zelf gaat Marsters er niet zijn, want net zoals zovelen anderen locals, maakt hij zich klaar voor vertrek met een passagiersschip om naar ‘Rarotonga’ te varen aanstaande zaterdag. Omwille van 4 augustus, ‘Onafhankelijkheidsdag’, dat daar een week uitgebreid gevierd wordt (een beetje zoals de Heiva in Frans Polynesië met sport-, dans-, ambachtelijke- & zangwedstrijden & optredens) met bijna alle bewoners vanop de 15 eilanden. Het vervoer is gratis (wordt door de regering betaald of gesponsord, ooit heeft de vliegtuigmaatschappij Air Tahiti het transport geschonken & uitgevoerd!). De bewoners maken hiervan graag gebruik om zo hun familieleden in Nieuw Zeeland & Australië te bezoeken, voorafgaand de start van de feestweek in ‘Rarotonga’.
Ondertussen ben ik aan het tekenen gegaan, we hebben nog geen gastenvlag, dus tijd om nog eens een zelfgemaakte gastenvlag te creëeren. Niet makkelijk om in een cirkel de vijftien sterren te tekenen. Met een mal van een sterretje zijn ze allen hetzelfde en de afstand puzzel ik een beetje tot ze er allen netjes opstaan. De blauwe viltstiften hebben het zwaar te verduren, met het vele blauw... Voor de betekenis van de Cookeilanden-vlag, zie hier onder *.
De volgende ochtend, dinsdag, iets voor 8u dinghieën we met onze Belgische vlag in de hand met Sensationtje naar de wal. Aangekleed en voorzien van attributen van onze driekleur: zwart, geel & rood verschijnen we bij Saitu en zijn vrouw, Roriki. Ook onze Nederlandse vrienden hebben hun ‘oranje’ even achterwegen gelaten en supporteren mee voor onze ‘Rode Duivels’. Iedereen krijgt een Belgisch vlaggetje en de drie-kleur strepen op hun wangen. De sfeer zit er goed in! Roriki zit met haar rug naar tv en wil zich niet omdraaien, ze amuseert zich met het kijken naar ons, ons bezig te zien en lacht vrolijk met ons mee.
Toch wél heel apart deze lokatie, een TV die onder een houten afdakje staat, met een beeld dat niet helemaal scherp is, maar wat wil je aan de andere kant van de wereldbol, in het midden van de Pacific! We zitten hier toch maar mooi naar de halve finale van het WK te kijken, onze eerste live voetbalmatch van het WK trouwens.
We gaan de rust in met 0-0. Een versgebakken focaccia met lookboter à la Zensation houdt de positieve sfeer erin. Alle kansen liggen nog open... Go Belgium, Go Go Go...! Het mag helaas niet zijn...de Rode Duivels verliezen van Frankrijk met 0-1... jammer, maar we hebben veel plezier gehad.
De dagen die volgen maken we wandelingen op de motu, we aanschouwen de adembenemende ‘hao’ (=watergeul tussen elke motu/eiland op de koraalring van een atol), die een groot natuurlijk zwembad tussen de twee motu’s vormt. Aan de oceaankant, aan het rif vinden we prachtige schelpen en paars kleurige verharde stekels van zeeëgels. We maken kennis met nog meer mensen en we hebben een reuze tijd met de bewoners. Terwijl ze hun vis kuisen aan de kade, komen er zeven verpleegsterhaaien en nog wat zwartepuntrifhaaien bedelen om een stukje. De kinderen spelen onbezorgd tussen hen en af en toe krijgen pleegsterhaaien een aai over hun kop of wordt er aan hun staart getrokken... ze laten het allemaal gebeuren! Doctors vogel, een soort Jan van Gent, is véél brutaler & agressief, hij valt iedereen aan wanneer hij honger heeft, hij bijt Martin in zijn vinger en vliegt hij naar mijn benen, terwijl ik hem wil fotograferen!
Overal worden we vriendelijk toegezwaaid en uitgenodigd voor een koffie & praatje. We krijgen bakbanen, broodvruchten & papegaaivissen. Composa, de visser en gulle schenker komt met zijn zoon langs Zensation, hij vertelt over zijn vrouw Nancy, die lerares & schoolverantwoordelijke is. Hij vraagt of we graag een kijkje in de school willen nemen. Dat willen we zeker!
Ondertussen komen onze vrienden in’t dorp een andere juf tegen en die vraagt of we een presentatie komen geven. De school bestaat uit drie klassen: kleuter, lager & secundair, de leeftijden variëren van 3-15jaar en er zijn slechts 13 leerlingen. Met de drie boten gaan we samen zitten en overleggen hoe we het gaan aanpakken. Er worden foto’s & films verzameld, waarvan Reinhilde een fotoreportage maakt; Ellen maakt een filmpje en ik zorg voor een leeslijn om een papieren bootje te vouwen.
Het is woensdag, ook meteen de laatste schooldag en wij zorgen voor een unieke afsluiter van het schooljaar. De kinderen zijn enthousiast, luisteren & kijken met grote ogen naar de filmpjes & foto’s en proberen aan te duiden op een wereldbol waar ze wonen. Dan mogen ze allen een eigen boot maken: een papieren bootje vouwen. Ik voel me weer helemaal in mijn element om nog eens voor een klas te mogen staan en met de kinderen bezig te zijn. The Captain assisteert me en met zijn zessen helpen we de kinderen stap voor stap het papier tot een bootje te plooien. Ze doen het knap en krijgen allen nog een papieren vlaggetje om op hun bootje te zetten. Daarna mogen ze aan de slag met hun creativiteit om het mooi te versieren en een naam te verzinnen om aan hun boot te geven. Wat een leuk halfuurtje, we hebben er allen veel plezier aan beleefd en het was goed teamwerk. Na school komen we heel wat kinderen tegen die trots & spontaan hun afgewerkt bootje komen tonen.
Met de dinghy’s gaan we snorkelen & dinghydriften in de ‘Takuua’ pas, Masters is onze gids. Van Acapella heeft hij zwemvliezen gekregen en van ons een duikbril met snorkel (Tip: vanaf de Caraïben zijn dit de meest gegeerde attributen bij de locals, breng er enkele goedkope mee om mee te ruilen of uit te delen). Onderwater zien we héél wat grote papegaai- & napoleonvissen, kleurrijk groot koraal, zeeschildpadden en allerlei soorten haaien. Een grijze haai cirkelt enkele keren nieuwsgierig om the Captain, ons Sensationtje en mezelf heen, maar kiest gelukkig even later een andere weg!
Bij Hanoko & Marsters, mogen we de was doen en krijgen we assistentie van hun tienjarige behulpzame dochter, Terauakara (Dora om het makkelijker te maken). Ze leent me haar prachtige dansrok met pluimen en leert me enkele Polynesische bewegingen, dat hilarische beelden oplevert ;-), hi, hi, hi,... en best vermoeiend hoor zo met je heupen zwieren als een ‘Hula Hula’-dame. Ondertussen kopieert zoonlief, Doctor heel wat films & series van onze externe harde schijven, terwijl hun kleinzoon, TJ ligt de kirren op een matras in de living.
We krijgen de eer om in nog een ander logboek, dat ook sinds 1987 gestart is en reeds aan een tweede boek toe is, onze woorden & creativiteit achter te laten, zo blijft er weer een stukje van onszelf tastbaar op dit speciale plekje.
We komen heel wat meer te weten over de traditie, kunnen het schelpen polijsten & prachtige weefwerk aanschouwen en leren enkele woorden Maori (*zie hier onder).
Een weervenster kondigt zich aan. Het dorp loopt leeg. De boot komt reeds vrijdag...
Nog snel slacht Marsters & zoon Doctor nog snel één van hun varkens, die netjes kaalgeschoren wordt met scheermesjes.
Vrijdagmorgen nemen we van iedereen afscheid en halen anker op. Bella Ciao neemt een aantal bewoners en hun bagage, zoals: matrassen, kussens en zelfs het geslachte varen, mee naar de overkant, naar het hoofddorp ‘Omoka’. Onder de passagiers bevindt zich een jarig meisje, waarvoor we met z’n allen ‘Happy Birthday’ zingen door de marifoon en, eens weer aan land, een kadootje geven. In de verte zien we reeds het passagiersschip ‘Nivaga III’ liggen voor de pas van het atol. De vervoerbootjes liggen reeds klaar in de havenkom en passagiers & bagage staan rustig te wachten om in te schepen. De windgolven zijn iets afgenomen, maar geen van allen kijken we er naar uit om weer te ankeren tussen de vele bommies en het diepe water met weinig zicht. Toch kunnen we er niet onderuit. We moeten hier weer uitklaren. Nog even langs Blue Sky om onze rekening te vereffenen en NZ$ op te halen.
Tijdens het ankermanoeuver gaat het mis... the Captain komt naar voor om de eerste ankerbal aan de ankerketting te hangen, maar schuift uit en valt in de ankerbak met zijn borstkast op de ankerbal! Zijn adem wordt even afgesneden en we zijn beiden van de wijs. Toch ankeren we verder en bij het in achteruit zetten van de schroef, om aan de ketting te trekken, draait de lijn met de waterfilter, die achteraan de boot hangt, in de schroef! Gelukkig snijdt onze touwsnijder, die aan de schroefas zit, de lijn door,...weg waterfilter. The Captain gaat voor de zekerheid de schroef checken met zijn snorkel, de lijn is weg. O, o,... welke dag is het? Lucky day: vrijdag 13de!
Nogmaals bedankt voor het vertrouwen en jullie ongelooflijke service Blue Sky! P.S.: de hotspot werkt beter in ‘Te Tautua’ dan in het hoofddorp ‘Omoka’.
Ben, douane/politieagent, is spoorloos. We hadden hem reeds eerder van de week gemaild over ons geplande vertrek en gisteren enkele malen proberen te bellen, maar geen gehoor... Aan iedereen die we tegenkomen vragen we hem te bellen en te zoeken. Na meer dan een uur is hij eindelijk terecht. Hij heeft weinig tijd en is ongeduldig, want de boot gaat vertrekken en hij wil zijn familie uitzwaaien. Snel snel moeten we weer een reeks documenten invullen, krijgen een stempel in ons paspoort en een document voor onze volgende bestemming: ‘Suwarrow’. Hij had beter de papieren tijden inklaren reeds gegeven, dan hadden we de documenten klaar gehad bij uitklaren. We vragen onze US$ terug om het bedrag in NZ$ te geven, nu we deze eindelijk bezitten, maar dat kan niet, die heeft hij reeds niet meer... Die zal zijn familie meehebben naar ‘Rarotonga’ om daar op de bank om te wisselen. En van Andrew? Geen spoor...
Vanop onze dames toeteren & zwaaien we de vertrekkers in de vervoerbootjes, die hen naar het passagiersschip ‘Nivaga III’ brengt, uit.

Enkele woorden in het ‘Maori’:
Kia orana= Goede dag
Popagi= goede morgen
Aeve va= tot ziens
Peea koe= goede morgen
Meitaki= bedankt


*Betekenis vlag:
De vlag van de Cookeilanden is gebaseerd op het traditionele ontwerp voor vlaggen van Britse Kolonies in Oceanië. De basis van de vlag is een blauw Brits vaandel waar de vlag van het Verenigd Koninkrijk in het kanton staat. Deze vlag symboliseert de band met Nieuw Zeeland en het Verenigd Koninkrijk. Aan de rechterkant staan vijftien witte sterren in een cirkel; zij symboliseren de vijftien eilanden die de Cookeilanden vormen en, als symbolen van de Hemel, het geloof in God. Het blauw in de vlag symboliseert officieel de oceaan.

P.S.: we gaan met een aantal cruisers die slachtoffer geworden zijn van de oneerlijke wisselkoers ons verhaal & klacht doormailen naar de Cookeilanden autoriteiten. In de hoop hierbij in de toekomst er een eerlijke wisselkoers wordt toegepast.
Weten zij van deze praktijken die door hun beambten in Penrhyn worden uitgevoerd?









Cookeilanden: Penrhyn, ‘Omoka’ & ‘Te Tautua’ deel 1

Zaterdag, 7 - vrijdag, 13 juli ‘18  (UTC -10u = -12u tijdsverschil met BE(=UTC +2u)!)

We zijn aangekomen in een nieuwe eilandengroep in de Stille Zuidzee, nml.: de Cookeilanden  (Engels: “Cook Islands”, in’t Māori (Polynesische taal): “Kūki ‘Āirani’ “). Het is een archipel van 15 eilanden in de Grote Oceaan (Oceanië). De hoofdstad van de Cookeilanden is ‘Avarua’ op het hoofdeiland ‘Rarotonga’. De 15 eilanden hebben een totale landoppervlakte van 236 km² en liggen verspreid over een zeeoppervlak van 2,2 miljoen vierkante kilometer oceaan (= oppervlakte zo groot als India!). De eilanden zijn onderverdeeld in twee groepen: de Zuidelijke Cookeilanden, waarop de bevolking van ongeveer 10.000 (waarvan 90% van Polynesische oorprong, de resterende 10% Europees en Aziatisch) grotendeels is geconcentreerd; en de Noordelijke Cookeilanden. De negen Zuidelijke Cookeilanden (Manuae, Atiu, Mangaia, Mauke, Mitiaro, Palmerston, Takutea, Aitutaki, & Rarotonga) zijn in verhouding hoger en jonger dan de zes Noordelijke (Manihiki, Pukapuka, Nassau, Rakahanga, Suwarrow & Penrhyn’), die alle atollen zijn. Ook onder de Zuidelijke Cookeilanden bevinden zich enkele eilanden die feitelijk een atol zijn (* meer hier over zie onderaan). Het hoogste punt van de Cook Eilanden is de ‘Te Manga’ (652 m) die zich op het hoofdeiland ‘Rarotonga’ bevindt. De Cookeilanden liggen op de grootste tektonische plaat van de wereld. Geologisch gezien, zijn de oudere Noordelijke Cookeilanden alle geëvolueerd in atollen zonder ondergrondse grotten. Al deze atollen liggen op het onder water gelegen Manihiki Plateau, dat op zo'n 3000 meter diepte ligt. De Zuidelijke Cookeilanden, die jonger zijn en ongeveer 90% van de totale landoppervlakte bedekken, hebben een vulkanische oorsprong.
Volgens legenden arriveerden de eerste Polynesiërs op de Cookeilanden per kano vanuit Frans Polynesië in 1200 AD. Maar opgravingen duiden erop dat de Cookeilanden al in de zesde eeuw voor het eerst bevolkt werden door Polynesiërs, die vanuit het zuidoosten, uit het nabijgelegen Tahiti migreerden. Van oorsprong zijn de bewoners nauw verwant aan de ‘Maori's’. De eerste Europeaan, die de Cookeilanden ontdekte, was de Spaanse ontdekkingsreiziger Alvaro de Mendaña. De Spanjaarden waren in die tijd meer geïnteresseerd in een snelle route tussen Peru en de Philippijnen, dan in kolonisering van de eilanden. Het was captain James Cook, die op z'n ontdekkingsreizen door de Pacific, in 1773 en 1777 de eilanden in kaart bracht. Hij noemde de eilanden de ‘Hervey Islands’. Hoewel Captain Cook enkele weken in het gebied verbleef, miste hij Rarotonga. Dit eiland werd enkele jaren later waargenomen door captain William Bligh van de Bounty (nog voor de muiterij) en werden de eilanden uiteindelijk zelfs bezocht door de muiters van de Bounty (enkele weken na de muiterij). De Russische cartograaf, John von Krusenstern gaf de eilanden, ter ere van Cook, omstreeks 1820 de naam "Cook Islands".
In de late 19-de eeuw dreigde Frankrijk vanaf Tahiti de Cookeilanden te koloniseren. De Cook-eilanders zochten bescherming bij de Engelsen. Op 4 augustus 1965 werden de Cookeilanden onafhankelijk. Door middel van een vrije associatie zijn de eilanden verbonden met Nieuw Zeeland en hebben alle inwoners een Nieuw Zeelands paspoort.
De lokale taal is het Cook Islands ‘Maori’. Deze taal heeft veel gelijkenis met andere Polynesische talen. Engels is de tweede taal, die door vrijwel alle inwoners wordt gesproken. Dus even weer wat anders na meer dan een jaar Frans gesproken te hebben... Maar ook elk eiland heeft een dialect = ‘Island Lingo/Reo’, hier in Penrhyn/Tongareva = Tonagareva lokale taal.
Volgens de reisgidsen & pilots, dobberen de Cookeilanders het liefst de hele dag op zee, praten, eten en drinken wat. Alles gaat er relaxed aan toe. De eilandbewoners zeggen zelf: “Er is hier zo weinig te doen, dat je je niet schuldig hoeft te voelen als je niets doet.”
Op veel gebieden zouden de Cookeilanden overeenkomen met het naburige Frans-Polynesië: het landschap, het weer en de warmte & hartelijkheid van de mensen zijn op beide archipels nagenoeg vergelijkbaar. We zijn benieuwd!

We hebben gekozen om naar het meest noordelijke eiland van de archipel te varen, omdat we graag van de ‘meest genomen route’ afwijken, hier slechts weinig cruisers komen (10 à max. 15/jaar), vanwege het weer en de route & eilanden die we nog willen varen & bezoeken. Onze NL-vrienden van Acapella & Bella Ciao, waren niet van plan deze kant uit te gaan, maar het weer besliste voor hen... dus liggen we hier gezellig met z’n drietjes in de lagoon.
Het eiland ‘Penrhyn’ is een enorm groot atol (90 km²: 24km lang & 14km breed), het heeft een omtrek van 77 km en een landoppervlakte van 9.84 km². Het ligt op de hoogste onderwater vulkaan van de Cookeilanden, die 4876 m onder het oceaan oppervlak ligt. Het hoogste punt van het atol is nog geen 5m boven het zeeniveau, hierdoor is het erg kwetsbaar voor de stijging van de zeespiegel.
‘Penrhyn’ behoort tot de afgelegen noordelijke groep van de Cookeilanden, dat slechts sporadisch wordt bezocht door toeristen. Penrhyn (ook wel ‘Tongareva, Mangarongaro, Hararanga & Te Pitaka’) is het grootste en meest afgelegen atol van de Cookeilanden en bevindt zich 1365 km ten noordoosten van het hoofdeiland ‘Rarotonga’, op zo'n 9 graden ten zuiden van de evenaar. Er is slechts sporadisch een vlucht (via ‘Manihiki’) tussen ‘Rarotonga’ en ‘Penrhyn’.
Het Penrhyn atol heeft twee dorpen: het hoofddorp ‘Omoka’, hoofd van de Penrhyn eilandraad, bevindt zich op het eiland/motu ‘Moananui’, in het westen van de atol; en het dorp ‘Te Tautua’ ligt op het eiland/motu ‘Pokerere’, ten oosten van het atol. Op Penrhyn wonen ca. 350 mensen, verdeelt over de twee dorpen. Veel jonge gezinnen trekken naar ‘Rarotonga’ of ‘Nieuw Zeeland’ in de hoop op werk en inkomen.
Het anker valt tussen heel wat koraal voor het hoofddorp ‘Omoka’, we krijgen niet de tijd om te checken of het anker vast zit of alle lijnen op te schieten, of we worden reeds overrompeld door een aluminium bootje dat onze dame haar romp ramt, met twee beambten erin! Andrew: migratie/gezondheidsinspectie & Ben: douane/politie komen op blote voeten (wat een pluspunt +!) aan boord. Ze heten ons warm welkom en maken een gezellig praatje, terwijl wij een hele resem documenten invullen. Hun Engels klinkt aangenaam en hun stopwoordje ‘Hey’, klinkt grappig & vertrouwd van NZ series & films. Officieel mag er geen vers voedsel binnengebracht worden, maar zolang het aan boord blijft en we op alle papieren ‘NIL’ (=nul/géén) invullen, is er geen probleem ;-). Verdere details en hoeveelheden van voedsel, planten, alcohol, enz... moeten we allen als ‘NEEN’ of ‘NIL’ aankruisen, niet te eerlijk zijn, ze halen niks weg, doen niet moeilijk, relax... ze drinken terwijl een sapje en praten erop los. Het gastenboek, dat sinds 1987 in gebruik is, wordt door ons ingevuld. Er zijn sinds die tijd geen Belgen geregistreerd. Er was wél een boot die onder Belgische vlag vaarde, maar de eigenaars & crew waren Fransen, dus dat telt niet! (=Valse Belgen die omwille van goedkopere bootregistratie voor België kiezen en daardoor onder Belgische vlag varen, zo varen er veel Spanjaarden & Fransen rond!). Met slechts 10 à maximum 15 boten per jaar die hier naar toe komen, omdat het niet op de ‘route’ ligt, en wij als eerste Belgen het boek intekenen, voelen we ons toch een beetje als de vroegere ontdekkingsreizigers... zouden we echt de eerste ‘Belgen’ zijn die hier voet aan wal zetten?! Alleen al bij de gedachten krijgen we kippenvlees...
We krijgen informatie over een bezoek aan de kerk tijdens een dienst op zondag. Want op zondag is het verboden om iets te doen (zowél voor de bewoners als voor ons): spelen, zwemmen, vissen, snorkelen, varen, enz., uitgezonderd naar de mis gaan en daarna bij iemand gaan eten.
Bij de vraag waar we wat kunnen eten of drinken en internet scoren, krijgen we een luid gelach! Niet op dit atol, geen snack, geen bar of restaurant. Voor internet moeten we een voucher kopen bij Blue Sky en die is pas maandag om 10u open. Online lukt het niet...
Dan komt het minst leuke onderdeel van het inklaren: betalen! Na meer dan een jaar gratis van archipel naar archipel & van eiland naar eiland te hebben gevaren in Frans Polynesië, is het vanaf nu weer betalen bij het in- & uitklaren!
Aan Andrew moeten we 20 NZ$ (gezondheidsinspectie) & 10 NZ$ (biosecurity: insecticidespray, zoals ze in de cabine van een vliegtuig spuiten, waarvan hij een ienimienie pufje in de boot spuit!); aan Ben betalen we 90,50 NZ$ (= 40 NZ$/paspoort + 2,50NZ$/dag voor de boot). In totaal dus 120,50 NZ$. We hebben wél een probleem, namelijk dat we geen NZ$ hebben. Vooraf hebben we hier niet bij stilgestaan en voor ons vertrek in Tahiti & Bora Bora hebben we nog een aantal banken bezocht, maar nergens konden we het geld verkrijgen. Er wordt verwacht van ons dat we meteen betalen. Er is wél een bank (kantoortje) in het dorp, maar die is gesloten (zaterdag) en heeft geen ATM of wisselt geen geld. Dan maar met Amerikaanse dollars betalen. Wat is de wisselkoers? Ze rekenen: 1 op 1! Excuseer: dat is bijna 30% extra dat ze krijgen!!! Ik toon hen screenshots van de wisselkoersen, maar ze zeggen dat ze het niet weten, terwijl ze het zwart op wit (=zelfs in kleur op de smartphone) zien en ze hebben hier ook internet waarop ze dagelijks de wisselkoers kunnen bekijken! Er valt niet over te onderhandelen! Nou, daar houden we toch een wrang gevoel aan over!
In de havenkom ligt een vrachtschip. Er komen twee verschillende vrachtschepen met goederen: één om de drie (van Rarotonga & NZ) en één om de zes maanden (van Hawaï). Volgens de beambten liggen we te dicht bij de vaargeul voor het vrachtschip en moeten we ons verplaatsen. Maar aangezien die pas maandag vertrekt en het ondertussen bijna donker wordt en we morgen (= zondag) niks mogen doen, zal het tot maandag moeten wachten.
De nacht verloopt choppy, de ankerplek is niet ideaal met deze wind, de windgolven bouwen zich op in de grote lagoon... gisteren was het te laat om nog te verkassen naar de overkant van de lagoon, naar het andere dorp en vandaag mogen we niet, zondag, weet je nog!
Een dinghytochtje is ook een uitdaging, door de windgolven zullen we het niet droog houden. Zullen we dan de kerkdienst maar overslaan? Het zou blijkbaar hier toch wél een heel aparte gebeurtenis zijn en dat willen we eigenlijk wél eens zien. Dus snel wat aangepaste kleding die aan de voorschriften voldoen (= dames: lange jurk met mouwen en een hoed; heren: lange broek met hemd; Slippers mag) uitzoeken en snel Sensationtje optuigen & lanceren. Met een K-way overaan, varen we de golven tegemoet. We komen redelijk droog toe en wandelen door de straat naar de kerk. Ben komt op zijn scooter ons achterna met een prachtige hoed van witte voile, maar als hij mijn hoed ziet, krijgt die haar goedkeuring. Onze eerste stappen op het eiland en indrukken volgen, er rijden slechts enkele auto’s, we zien vooral 4-takt scooters. Iedereen zwaait en roept ‘good morning’. Andrew zit bij de kerk onder een palmboom met enkele andere bewoners. We worden voorgesteld en komen meer te weten over het eiland, bewoners en inkomstenbronnen (met ‘rito’, kokosvezel die ze koken, weven ze hoeden, waaiers, matten, juwelen, enz, alsook met gepolijste schelpen, dat allemaal naar het hoofdeiland ‘Rarotonga’ (waar toerisme is) worden verscheept en daar verkocht worden). De secretaris van de kerk, Ru, zegt ons wanneer we naar binnen moeten, vertelt ons over de Anglicaanse kerk en meldt ons dat we in de kerk niet mogen fotograferen. Een meerderheid (75%) van de inwoners is aanhanger van de Cookeilandse Christelijke kerk, terwijl de overige 25% de Katholieke kerk aanhangt.
In de verte horen we trommels & blaasinstrumenten, de brassband komt eraan,
We mogen de brassband nog even zien toekomen en een foto maken, maar dan moeten we snel voor hen naar binnen, Andrew wacht ons reeds op en leidt ons naar een plaats. Dan komen de boys-& girls-brigade en gidsen binnen, ze lijken wel op padvindertjes, allen mooi in uniform. Bij de laatste bel komt de priester. Achter ons zitten dames in prachtige kleurrijke jurken en fleurige hoeden. Voor ons zitten de boys-brigade en rechts de gidsen & girls-brigade.
Ru opent de dienst met enkele woorden ‘Maori’ en heet ons speciaal in het Engels welkom. Veel wordt er niet gesproken tijdens de dienst, we begrijpen ook niks van het ‘Maori’s’, maar genieten des te meer van de mooie klanken van de vele liederen die zelfs drie stemmig gezongen worden. Ook de dominee bedankt ons nog eens extra in het Engels en wenst ons een veilige verderzetting van onze reis. Na de dienst maken we nog een praatje met verschillende mensen, alsook met de havenmeester, die ons nog eens meldt dat het vrachtschip maandagnamiddag vertrekt en we in de vaargeul liggen.
De dinghytocht terug verloopt wat wilder & natter. We stoppen nog snel bij Acapella voor een stuk Mahi Mahi, die ze gevangen hebben. Druipnat arriveren we weer aan boord. Dat wordt douchen met kleren aan! We wassen het zout uit onze haren & kleren... tot zover dat we NIKS mogen doen op zondag!
Oeps ondertussen is het reeds namiddag, we waren al om 9u aan wal, 10u15-11u15 kerkdienst (gestart met vertraging van een studentenkwartiertje), nog wat praatjes, een Acapella stopje en weer aan boord iets voor 13u! Dat wordt meteen maar lunchen en het ontbijt overslaan...
‘s Nachts trekt de wind verder aan en de windgolven & deining worden groter. Onze dame gaat wild op & neer! De ankerketting en het touw met haak (die de ankerwinch ontlast) zien af, ze kraken & snokken! Slapen zit er niet echt in en regelmatig gaat één van ons een kijkje nemen buiten. Iets voor vier uur sta ik net op de trap om weer even te gaan kijken, wanneer ik plots een knal hoor! Wat is dat?!
Meteen staan we met z’n twee buiten om te kijken. Dek- & kuiplichten gaan aan. Het touw met de haak is doorgeknakt: haak weg! Meteen halen we een nieuwe haak onder het bed vandaan en wordt ie aan een ander touw gedaan... we zijn er even zoet mee. Een extra lijntje wordt voorzien aan de haak en vastgemaakt aan de reling, als het touw weer knakt, kunnen we zo de haak nog redden! (Dit had ik reeds meerdere keren geopperd, maar ja... ). We zijn moe en de choppy ligplaats beu! Zouden de anderen slapen, zou iemand onze nachtelijke bezigheden hebben opgemerkt? Hopelijk houdt de ketting het uit. Zelf doen we geen oog meer toe en zijn we blij wanneer het eindelijk licht wordt.
Maandag, we willen een internet-voucher en dus zorgen we dat we tegen 10u aan het Blue Sky-kantoortje zijn, dat op twintig minuutjes wandelen aan de andere kant van het dorp ligt, bij het zonnepanelenpark & de elektriciteitscentrale. Hier geen brullende generator die op stookolie draait zoals in Frans Polynesië. De mensen zijn hier milieubewust bezig en willen alles biologisch vriendelijk maken: auto’s & scooters gedreven op zonne-energie.
Bij de vriendelijke dame van Blue Sky zouden we NZ$ kunnen bekomen, maar haar man, die het allemaal regelt, is even naar het andere dorp, dus kan het pas tegen vrijdag of maandag, als we weerkeren naar het hoofddorp. Maar voor enkele US$ in krediet kunnen we reeds een internetvoucher verkrijgen. Wat een service! En vanaf we internet hebben kunnen we via hun persoonlijke mail, bij hen extra vouchers bestellen en met PayPal betalen, handig.
Onderweg krijgen we een lift van een man, die blijkbaar de eigenaar is van het enige winkeltje op het atol. Het winkeltje bestaat uit allerlei verschillende kamertjes die voor ons geopend worden. Wat we zien is een warreboel en onoverzichtelijke stapels. Vooral tweedehandskleding, wat blikvoer en een vriezer vol met vlees heeft hij te koop. Flessen drinkwater heeft hij niet, ze filteren & koken hun regenwater en vriezen het in... nou, dan zullen we dat vanaf nu ook moeten doen. Ik pas een prachtige geweven hoed en als ik naar de prijs vraag, zegt hij:’ een kado voor jou’, samen met nog verse citroenen uit zijn tuin, brengt hij ons tot aan het dok. Wat een lieve, vrijgevige man!
We hebben wat we willen en halen met zijn drie meteen anker op om koers te zetten naar het andere dorp, ‘Te Tautua’ in het oosten van het atol.

*Meer over de geologie van de 15 Cookeilanden:
In de Cookeilanden komen vijf soorten eilanden voor: Hoog eiland (een eiland met vulkanische oorsprong): ‘Rarotonga’ (het hoofdeiland); Laag eiland (een eiland dat ontstaan is als gevolg van sedimentatie op een koraalrif of door opheffing, zoals bij een "Raised Atol"): ‘Atiu, Mangaia, Mauke & Mitiaro’; Zandbank (een klein eiland of motu, dat gevormd is uit zand en koraal): ‘Nassau & Takutea’; Bijna Atol (= een atol, die nog niet volledig gevormd is): ‘Aitutaki’; Atol (een ringvormig eiland van koraal, dat ontstaan is door relatieve zeespiegelstijging & landerosie): ‘Manihiki, Manuae, Palmerston, Pukapuka, Rakahanga, Suwarrow & Penrhyn’

Het betaalmiddel op de Cookeilanden is de New Zealand Dollar:
De regering van de Cookeilanden geeft Cook Island Dollars uit (zeer kleurrijke biljetten en vreemdvormige munten), met een zelfde waarde als de Nieuw Zeelandse dollar, NZ$, die ook als wettig betaalmiddel worden geaccepteerd. Er zijn munten van 5, 10, 20 & 50 Cents, 1 & 2 NZDollar. Bankbiljetten zijn er van 5, 10, 20, 50 & 100 NZDollar.
Wisselkoers:
1NZ$ = 0,58€, (1€= 1,72 NZ$)
1US$ = 0,86€ (1€= 1,15 US$)
1NZ$ = US$ (0,6726US$= NZ$)
totaal $120,50 NZ =69,94€ =81,047 US$!